Slachtoffers van geweld op Unilever-theeplantage dienen klacht in bij VN
Een groep van 218 huidige en voormalige Keniaanse theeplukkers heeft vandaag een formele klacht ingediend tegen Unilever wegens het niet respecteren van internationale mensenrechtennormen na ernstig geweld op de grootste theeplantage van de multinational.
Allegation against Unilever (1213 downloads )De klacht is ingediend bij de United Nations Working Group on Business and Human Rights en de speciale VN-rapporteur voor extreme armoede en mensenrechten door SOMO, REDRESS(opens in new window) , Kituo Cha Sharia(opens in new window) , CORE Coalition(opens in new window) , African Coalition for Corporate Accountability (ACCA(opens in new window) ) en Leigh Day(opens in new window) , dat de 218 slachtoffers vertegenwoordigt en de klacht namens hen heeft ingediend.
De slachtoffers waren (en zijn in sommige gevallen nog steeds) werknemers en inwoners van Unilevers uitgestrekte theeplantage in Kericho in het westen van Kenia, waar ruim tien procent van het wereldwijde personeelsbestand van de multinational is gehuisvest. Tijdens onlusten na de Keniaanse verkiezingen in december 2007 vielen grote groepen aanvallers de Unilever-plantage binnen, waarbij ze honderden werknemers en hun gezinnen aanvielen, op grond van hun etnische afkomst. Zeven mensen kwamen daarbij om het leven, vele anderen werden verkracht of ernstig verwond. De overlevenden lijden nog steeds aan lichamelijke en psychiatrische aandoeningen.
De klacht omvat drie aantijgingen tegen Unilever:
- Unilever heeft de slachtoffers in een positie gebracht waarin zij aanzienlijke risico’s liepen om aangevallen te worden en heeft toch geweigerd de slachtoffers voldoende schadeloosstelling of hulp te bieden. De multinational heeft onvoldoende gedaan om de gevolgen van de voor zo ver bekend ernstigste mensenrechtenschending onder zijn personeel aan te pakken.
- Na de gewelddadige gebeurtenissen heeft Unilever nagelaten passende hulp te bieden aan de slachtoffers en in plaats daarvan heeft het bedrijf hun loon eenzijdig voor een periode van zes maanden stopgezet, waardoor hun situatie nog verder is verslechterd.
- Geconfronteerd met een specifiek verzoek om herstel van de 218 slachtoffers van etnisch geweld in 2016 in de vorm van een civiele schadeclaim tegen Unilever in Engeland, weigerde de onderneming elke vorm van tegemoetkoming en probeerde Unilever elk vooruitzicht daarop te blokkeren door zich te verschuilen achter zijn bedrijfsstructuur. Om te voorkomen dat de claims in Engeland zouden worden ingediend, drong Unilever erop aan dat het bedrijf niet wettelijk aansprakelijk kon worden gesteld voor eventuele tekortkomingen van zijn Keniaanse dochtermaatschappij, terwijl het wist dat deze claims niet in Kenia konden worden ingediend.
De klacht stelt dat elke aantijging een ernstige inbreuk vormt op de United Nations Guiding Principles on Business and Human Rights, die door Unilever enthousiast worden onderschreven en die het bedrijf beweert na te leven.
Lydia de Leeuw (SOMO): “Het is opvallend om te zien dat een bedrijf als Unilever, dat er prat op gaat een verantwoordelijk en duurzaam bedrijf te zijn, zijn bedrijfsstructuur heeft gebruikt om het moederbedrijf te beschermen tegen aansprakelijkheid in de civiele procedure die de slachtoffers in deze zaak hebben aangespannen. Deze strategie staat in schril contrast met haar publieke betrokkenheid bij de UN Guiding Principles on Business and Human Rights, die de verantwoordelijkheid omvatten om risico’s voor de mensenrechten te voorkomen en mensenrechtenschendingen bij dochterondernemingen aan te pakken.
De slachtoffers nodigen de VN-werkgroep en speciale rapporteur uit een beroep te doen op Unilever om hen te tegemoet te komen en een verklaring af te leggen dat Unilever zich niet heeft gehouden aan de VN-richtlijnen. De klagers hopen dat de Speciale Procedures van de Verenigde Naties niet alleen ingaan op de behoeften van de slachtoffers, maar ook duidelijkheid verschaffen over de toepassing van de VN-richtlijnen op de strategieën van moedermaatschappijen om zich te distantiëren van dochterondernemingen en zich te beschermen tegen aansprakelijkheid voor schendingen van de mensenrechten binnen hun ondernemingsgroep, waardoor de toegang van slachtoffers tot rechtsherstel wordt geblokkeerd.
Lees meer over de achtergrond van deze zaak in ons Engelstalige bericht.
Meer informatie nodig?
-
Lydia de Leeuw
Onderzoeker
Partners
-
Leigh Day
-
REDRESS
-
African Coalition for Corporate Accountability (ACCA)
-
Kituo Cha Sharia
-
Corporate Responsibility Coalition (CORE)
Gerelateerde content
-
Unilever was nalatig bij beschermen van eigen werknemers in KeniaGeplaatst in categorie:Gepubliceerd op:Verklaring
-
Bittere koffie Gepubliceerd op:Joseph Wilde-RamsingGeplaatst in categorie:PublicatieJoseph Wilde-Ramsing
-
SOMO verwelkomt schikking tussen Britse landbouwmultinational en KenianenGeplaatst in categorie:NieuwsGepubliceerd op: